Bereikbaarheidsindicator (BBI)

In de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) is de bereikbaarheidsindicator (BBI) geïntroduceerd. Doel van de SVIR is/was om via een integrale benadering de samenhang binnen en tussen de verschillende vervoerwijzen te verbeteren. De BBI ondersteunt dit.

Modules

De bereikbaarheidsindicator (BBI) is uitgewerkt in twee modules:

Daarnaast zijn er drie met de BBI samenhangende modules opgenomen in de Mobiliteitsscan:

BBI-score

Schermafbeelding BBI-scoreDe basis van deze vijf modules is de BBI-score: de gemiddelde hemelsbrede snelheid van een gebied op de verplaatsingen van deur tot deur per vervoerswijze naar het gebied.

De BBI-scores hangen sterk samen met de kenmerken van de verplaatsingen van de herkomstgebieden naar een bepaald bestemmingsgebied. Als sprake is van relatief veel langere verplaatsingen, dan zal de BBI-score (gemiddelde snelheid) relatief hoog zijn, omdat de snelheid van langere verplaatsingen gemiddeld hoger is. Gevolg is dat op basis van de hoogte van de BBI-score alleen niet beoordeeld kan worden hoe goed een gebied bereikbaar is.

BBI-index

Schermafbeelding BBI-indexOm op basis van de BBI-score uitspraken te kunnen doen over de bereikbaarheid van een gebied wordt de BBI-score vergeleken met een referentiewaarde (de referentielijn).

De BBI-index geeft de verhouding weer tussen de BBI-score en de referentiewaarde. Oftewel de BBI-index geeft de verhouding weer tussen de som van de gerealiseerde reistijden en de som van de gemiddelde reistijden, die men verwacht op basis van de bereikbaarheidskwaliteit in het hele studiegebied.

Binnen de module BBI-index kunt u de resultaten uitsplitsen naar afstandsklasse en windrichting.

Toegang tot modules

U geeft bij het aanmaken van uw uitgangsscenario aan of u toegang wilt hebben tot de BBI-modules.  Dit kan alleen als de gekozen brondataset de juiste data bevat om de BBI-index te berekenen (zie Benodigde data).

Als u kiest voor de BBI worden de  BBI-score en referentielijn berekend bij het aanmaken van uw uitgangsscenario. U kunt de keuzes voor wel/geen BBI-berekening of de keuze voor uw referentielijn niet achteraf aanpassen. Hiervoor maakt u een nieuw uitgangsscenario aan.

Keuzes

BBI-keuzesBij het gebruik van de BBI-modules heeft u diverse keuzes.

Vervoerwijze

De BBI maakt de bereikbaarheid voor alle vervoerwijzen apart, op een uniforme wijze inzichtelijk. Welke vervoerwijzen u kunt kiezen is afhankelijk van de gekozen brondata bij het aanmaken van uw uitgangsscenario.

Afstand

Door de BBI-scores per afstandsklasse (0 - 7,5 km; 7,5 - 30 km; >30 km) naast elkaar - en naast de totale BBI-score - te leggen, kunnen betere uitspraken worden gedaan over eventuele problemen bij de bereikbaarheid van gebieden. Het gaat hierbij om de relatieve snelheid, namelijk de snelheid in vergelijking met de gemiddelde snelheid voor andere verplaatsingen over een vergelijkbare afstand.

Ook de BBI-index kunt u per afstandsklasse bekijken: u ziet of de BBI-score van korte, middellange dan wel lange afstanden hoger of lager is dan de referentiewaarde.

Soort afstand

In principe wordt de BBI-score bepaalt op basis van de kortst mogelijke afstand, te weten de hemelsbrede afstand. Het feit dat vaak omvangrijke investeringen nodig zijn om de omrijdfactor te verlagen en deze investeringen niet op korte termijn realiseerbaar zijn, is in sommige gevallen reden om de omrijdfactoren buiten de analyses te houden. U doet dit door de afstanden over het netwerk te gebruiken. Meer hierover leest u in de handleiding voor toepassing van de BBI in MIRT en Beter Benutten (pdf, 7 MB) (zie disclaimer).

Richting

De BBI-score wordt bepaalt voor bestemmingsgebieden. Voor specifieke toepassingen, bijvoorbeeld de bereikbaarheid van economisch belangrijke gebieden in de avondspits, kan de BBI-module ook gebruikt worden voor de analyse van de bereikbaarheid van herkomstgebieden.

Aggregatieniveau

De BBI-score wordt berekend op basis van reizen van de zwaartepunten binnen alle herkomstgebieden naar het zwaartepunt binnen het bestemmingsgebied. De berekening tijdens het aanmaken van het uitgangsscenario gebeurt op het laagst mogelijke schaalniveau van waargenomen verplaatsingen. U kunt er voor kiezen dit te aggregeren naar wijk of gemeenteniveau.

Hoe hoger het schaalniveau, hoe meer lokale bereikbaarheidsproblemen wegvallen in het grotere geheel. Omgekeerd leidt de keuze voor een (heel) laag schaalniveau ertoe dat kaartbeelden erg vol worden – er moeten veel BBI-scores of BBI-indices op getoond worden – hetgeen ten koste van een goed overzicht gaat.

Brondata

Benodigde data

Voor het berekenen van de BBI-score op basis van alleen het bronmodel zijn drie typen bestanden nodig binnen het bronmodel:
• herkomst-bestemmingsmatrices
• reistijdmatrices
• afstandsmatrices met de hemelsbrede afstanden

Als het bronmodel geen consistente set aan reistijden en afstanden bevat wordt de kaart samengesteld op basis van door de Mobiliteitsscan berekende waarden op basis van het autonetwerk.

Voor het berekenen van de BBI-index en afgeleide modules is een bestand nodig met instructies hoe deze berekend moet worden door de scan (zie importmodule).

Helaas is het op dit moment niet mogelijk om zonder dit bestand wel de module BBI-score te gebruiken. U heeft dus de beschikking over alle vier de modules of geen enkele module.

Belang kennis brondata

De getoonde resultaten hangen direct samen met de gekozen brondata.

Bij de NRM’s bijvoorbeeld wordt de referentielijn gebaseerd op alle verplaatsingen in en van/naar de zones in het studiegebied van het NRM. In de kaartbeelden worden alleen de zones in het studie- en invloedsgebied van het bronmodel getoond. En bij het bepalen van de ov-reistijd wordt de reistijd van specifieke onderdelen van de reis (bijvoorbeeld de voortransporttijd, aantal overstappen) zwaarder gewogen. Verder wordt de netwerkafstand voor het OV afgeleid van een onbelast autonetwerk.

Bij andere modellen kunnen andere keuzes gemaakt zijn. Het is dus van groot belang kennis te nemen van de achtergronden van de ingelezen data.

Toepassingen

Schermafbeelding NetwerkanalyseDe BBI is inmiddels onder meer ingezet tijdens MIRT-studies, bij de monitoring van ontwikkelingen in de bereikbaarheid en voor analyses en monitoring van knelpunten en maatregelen in het kader van Beter Benutten. Voor MIRT-studies geldt dat de BBI vooral bruikbaar is voor MIRT-Onderzoeken en MIRT-Verkenningen eerste fase.

Meer hierover leest u in de handleiding voor toepassing van de BBI in MIRT en Beter Benutten (pdf, 7 MB) (zie disclaimer).

Interpretatie resultaten

Schermafbeelding Vertraagde rittenBij de BBI gaat het om de bepaling van de (relatieve) bereikbaarheid van gebieden, zonder daarbij een oordeel te geven over hoe goed of slecht de bereikbaarheid is. Dit laatste hangt af van bestuurlijke keuzes. Zo kan het wenselijk zijn om economische kerngebieden goed bereikbaar te houden terwijl voor natuurgebieden juist het omgekeerde kan gelden.

De BBI heeft uitsluitend tot doel de moeite die mensen moeten doen om gebieden te bereiken inzichtelijk te maken. In het ene geval mag dit niet teveel moeite kosten (bijvoorbeeld om met de fiets naar economische kerngebieden te reizen), in het andere geval is het acceptabel dat dit meer moeite kost (bijvoorbeeld met de auto naar een centrumlocatie in een grote stad). Daarmee levert de bereikbaarheidsindicator met zijn nuanceringen een bijdrage aan de regionale aanpak van bereikbaarheidsproblemen.

Disclaimer handleiding Toepassing BBI in MIRT en Beter Benutten

Sinds het verschijnen van de handleiding (pdf, 7 MB) zijn de BBI-modules binnen de Mobiliteitsscan op sommige punten gewijzigd. De basis is nog hetzelfde maar op sommige punten kan de handleiding afwijken van de mogelijkheden in de scan.

(Delen van) teksten op deze pagina zijn letterlijk overgenomen uit deze handleiding.


Toepassingen BBI

Er is een handleiding beschikbaar voor toepassing van de BBI in MIRT en Beter Benutten (zie disclaimer).


Bronmodel

Een bronmodel is een verkeersmodel dat wordt geïmporteerd in de Mobiliteitsscan en wordt gebruikt als basis voor uitgangsscenario’s. Het is een combinatie van allerlei gegevens zoals autonetwerk met snelheden, HB-matrix auto/ov/fiets, reistijden auto/OV/fiets (niet verplicht) en sociodata (arbeidsplaatsen en inwoners). Een bronmodel kan gegevens voor ochtendspits en/of avondspits bevatten.

Autonetwerk

Netwerk van wegvakken met snelheden, intensiteiten en capaciteiten. Bestaat voor submodellen.

Bij het importeren van de netwerken worden voor wegen zonder een intensiteit, de snelheden op 1 km/uur gezet.

Submodel

Een dagdeel binnen een bronmodel. Bijvoorbeeld een bronmodel ‘NRM’ kan een submodel ‘ochtend’ bevatten.